Ga direct naar de hoofdnavigatie Ga naar de hoofdinhoud Ga direct naar de hoofdnavigatie Ga direct naar zoeken

1950-1960: Koude Oorlog en strijd

In het verzet hadden mensen van uiteenlopende politieke richtingen samengewerkt tegen de gemeenschappelijke vijand. Communisten speelden een grote rol in het verzet. Vanaf eind jaren 1940 laait de Koude Oorlog op: de kapitalistische Verenigde Staten staan lijnrecht tegenover de communistische Sovjet-Unie. In 1948 grijpen de communisten de macht in Tsjecho-Slowakije. Oud-verzetsman Paul de Groot, leider van de Nederlandse communistische partij (CPN) zegt dat zijn partij de Sovjet-Unie zal steunen als dat in oorlog zou komen met “het Nederlandse grootkapitaal”. Verzetsmensen van andere politieke richtingen zien dit als landverraad. De emoties lopen hoog op.
In sommige besturen van regionale afdelingen van Stichting 1940-1945 worden communisten geweerd. Het hoofdbestuur discussieert hierover. Uiteindelijk vindt het hoofdbestuur dat de Stichting staat voor solidariteit, en dat het alle politieke richtingen moet blijven vertegenwoordigen.

Wij hebben in het verzet elkaar leren waarderen. Wij hebben beloofd tezamen voor de slachtoffers van dat verzet te zullen zorgen. Dit woord moeten wij gestand doen.
Arie van Namen, voorzitter van Stichting 1940-1945.

Koude Oorlog

Discussie binnen het hoofdbestuur|
Het districtsbestuur Groningen besluit dat communisten niet meer voor de Stichting mogen werken. Hoofdbestuurder Henk van Riessen is het daarmee eens, omdat Nederlandse communisten bij een eventuele oorlog de Sovjet-Unie zullen steunen. Het verzet had juist gestreden voor een land zonder vreemde overheersing.
Arie van Namen stelt dat het juist verraad is aan het verleden en de Stichting om de communisten uit te sluiten. Hij vindt dat de Stichting politiek buiten de deur moet houden: “De Stichting beoordeelt alleen of er verzet is geweest en niet uit welke motieven dit verzet is ontstaan.” Uiteindelijk worden communisten niet formeel uitgesloten, maar in praktijk zit er tussen 1951 en 1980 geen communist in het hoofdbestuur.

Weduwen van communisten recht op buitengewoon pensioen?
Communisten die een buitengewoon pensioen aanvragen, stuiten op tegenwerking. In Groningen oordeelt het districtsbestuur dat 42 weduwen van omgekomen communisten – die tijdens de oorlog het illegale communistische blad Noorderlicht maakten en verspreidden – geen buitengewoon pensioen zouden moeten krijgen, omdat zij verzet hadden gepleegd voor het communistische ideaal en niet voor het vaderland. Het hoofdbestuur adviseert aan de Buitengewone Pensioenraad om de weduwen toch pensioen toe te kennen, want anticommunisme mag geen reden zijn voor afwijzing. Niet de motieven voor verzet, maar het daadwerkelijk gepleegde verzet zijn van belang, vindt de Stichting.
Het pensioen wordt uiteindelijk toegekend in 1951.

Communisten bespioneerd
Sommige oud-verzetsmensen gaan kort na de oorlog werken voor de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD). Deze geheime dienst houdt onder meer communisten in de gaten.
In maart 2024 blijkt uit onderzoek van Het Parool dat tientallen onderzochte BVD-dossiers van linkse verzetsmensen informatie bevatten uit de cliënt-dossiers van Stichting 1940-1945. Sommige betrokkenen zijn geschokt. Tinie IJisberg, dochter van een gefusilleerde communistische verzetsman: "Als het waar is dat de Stichting jarenlang informatie heeft doorgegeven aan de BVD, vind ik dat echt héél kwalijk. Mijn moeder wantrouwde bijna iedereen, maar niet de Stichting. Ik ben ontzettend boos. Sommigen zeggen dat het hoofdbestuur er niet van kan hebben geweten, maar dan nog. Het is wel onder verantwoordelijkheid van het hoofdbestuur gebeurd en zoiets hoort niet. Het zou echt een schending van zowel de privacy als het vertrouwen zijn.”
Anderen reageren laconieker. Hannie de Loos-Borsboom: “We wisten allemaal dat we als communisten in de gaten werden gehouden. Soms werd bij een vergadering gezegd: ‘kijk, daar staat een stille’. Maar de Stichting was een vertrouwde omgeving; je had wel verwacht dat alle informatie daar veilig was. Hoewel de Stichting in de loop der jaren wel veranderd is, en als er grote politieke belangen zijn, is privacy nooit gewaarborgd. Heel schokkend of verrassend vond ik het daarom niet.”
Het huidige bestuur van de Stichting laat onderzoeken hoe gegevens van de Stichting bij de BVD terecht zijn gekomen. Dat onderzoekt loopt nog.

Header van het artikel in Het Parool van 21 maart 2024.

Herdenking Hannie Schaft
Op de Eerebegraafplaats Bloemendaal wordt jaarlijks verzetsvrouw Hannie Schaft herdacht. Communisten  promoten haar daarbij als symbool van het communistische verzet. De commissaris van de Koningin in Noord-Holland, baron de Vos van Steenwijk, besluit daarom in 1951 de herdenking te verbieden. Hij vreest een communistische demonstratie en regelt uit voorzorg politie, soldaten en vier pantserwagens.
Ondanks het verbod verzamelen zich ruim 5000 mensen. Hannie’s verzetsvriendin Truus Menger vertelt hoe de groep uit elkaar wordt gejaagd : “…ik ben naar een van die pantserwagens gehold. Ik schreeuwde: ‘Had je echt op mij willen schieten? Ik had mijn leven voor je willen geven! Hannie heeft haar leven voor jullie gegeven.’ Er werd getwijfeld aan onze integriteit, het enige wapen in onze strijd tegen het nazisme.”

Hannie Schaft herdenking.

 

Meer artikelen uit dit dossier

Er is veel meer te vertellen over dit onderwerp. Lees snel verder op onderstaande pagina's.