Ga direct naar de hoofdnavigatie Ga naar de hoofdinhoud Ga direct naar de hoofdnavigatie Ga direct naar zoeken

Jeugdjaren

Rood haar en sproeten daar werd je mee gepest. We liepen wel eens samen op straat en dan riepen ze tegen haar: Hé rooie! Dan kromp ze in elkaar.
Aaf Dil, nichtje van Hannie

Hannie Schaft

Hannie wordt op 16 september 1920 in Haarlem geboren als Jannetje Johanna Schaft. Haar roepnaam is Jo of Jopie; Hannie wordt haar schuilnaam tijdens de oorlog. Als Hannie zeven jaar is sterft haar oudere zus aan een keelontsteking. Haar ouders zijn bang om ook Hannie te verliezen. Ze wordt heel beschermd opgevoed. Hannie is verlegen, legt moeilijk contact en wordt gepest om haar rode haar. Ze is een buitenbeentje en gaat haar eigen gang. Ze leest en studeert graag, en is juist trots op haar rode haar.

Hannie met oudere zusje, moeder en vader.
Hannie met oudere zusje, moeder en vader.
Toegangsbewijs van de Universiteit.
Toegangsbewijs van de Universiteit.

Rechten studeren

Hannie’s vader is onderwijzer en lid van de socialistische politieke partij, SDAP. Thuis wordt veel gepraat over maatschappelijke problemen. Hannie heeft een groot rechtvaardigheidsgevoel en wil de onderdrukte mensen helpen. Ze wil dat alle volken in vrede kunnen leven. Om daaraan bij te dragen gaat ze in 1938 rechten studeren in Amsterdam.

Tutje

'Hannie was ijverig en ambitieus, altijd bezig in de boeken. Ze zag er ook altijd heel stijfjes uit. Haar ouders waren erg bezorgd dat ze kou zou vatten. Daarom droeg ze zelfs in de zomer onder een jurkje een hoogsluitend flanellen hemd. Dat was geen gezicht en ook daarom vonden we haar een tutje'.
Miep Merkuur, klasgenootje van Hannie

Hannie Schaft in haar studententijd.
Hannie Schaft in haar studententijd.
Kindertekening van Hannie.
Kindertekening van Hannie.

Uit een opstel van Hannie

‘De wereld waarin we tegenwoordig leven is een grote warboel, daar zal vrijwel iedereen het mee eens zijn. (...) In Europa worden mensen gemarteld omdat ze Jood zijn, of een andere politieke overtuiging hebben. (...) De wereld is een warboel, ja, maar zolang er nog mensen zijn (...) [die zich inzetten voor de vrede] is ze nog niet verloren.’

Truus en Freddie Oversteegen

Truus wordt op 29 augustus 1923 in Schoten bij Haarlem geboren. Twee jaar later, op 9 september 1925, volgt Freddie. Als de zusjes zes en vier zijn, scheiden hun ouders. Ze groeien in armoede op bij hun moeder, die later hertrouwd. Truus is stoer. Ze geeft weinig om haar uiterlijk en werkt graag met haar handen. Ze wil naar de kunstacademie, maar daar is geen geld voor. Op haar veertiende wordt ze hulp in de huishouding om geld te verdienen voor het gezin. Freddie is meisjesachtig en een echt moederskindje.

 

De familie Oversteegen met Truus en Freddie.
De familie Oversteegen met Truus en Freddie.
We hebben met ons drieën veel muziek gemaakt. Truus speelde gitaar, moeder mandoline en ik citer en ukelele. Truus en ik konden ook goed zingen. De band tussen ons was heel innig.
Freddie
Truus en Freddie met hun halfbroertje Robbie.
Truus en Freddie met hun halfbroertje Robbie.

Politiek actief

Net als hun moeder, die overtuigd communist is, zijn Truus en Freddie al jong politiek actief. Ze zijn lid van de Nederlandse Jeugd Federatie, een communistische jeugdorganisatie die strijdt voor een wereld waarin iedereen gelijk is.

Joodse vluchtelingen

Voor de oorlog helpen ze hun moeder bij de opvang van Joden die uit Hitler-Duitsland zijn gevlucht. Sommige vluchtelingen wonen tijdelijk bij hen in huis

We hadden een hele lieve moeder, die begaan was met andere mensen. Ze heeft ons sociaal opgevoed; we leerden van haar op te komen voor andere mensen.

Meer artikelen uit dit dossier

Er is veel meer te vertellen over dit onderwerp. Lees snel verder op onderstaande pagina's.