Lies Bueninck-Hendrikse
Geboren: Rotterdam, 15 juni 1909 – Overleden: Rotterdam, 31 december 2009
Lies werkte als boekhouder. Ze bood onderdak aan Joodse onderduikers en werd hierom opgepakt op 7 april 1944.
Gevangenissen en kampen
- Huis van Bewaring Rotterdam (7 april 1944),
- Concentratiekamp Vught (25 april 1944),
- Concentratiekamp Ravensbrück (8 september 1944),
- Agfa Kamerawerke in München, buitenkamp van concentratiekamp Dachau (15 oktober 1944),
- Evacuatiemars richting Oostenrijk (27 april 1945),
- In Wolfratshausen bevrijd op 1 mei 1945.
Dachau-nummer: 123266
Een zonnig lief kindergezichtje
Na haar arrestatie nam schoonzus Ria Lies’ tweejarige dochter Joke onder haar hoede. Lies schreef begin mei vanuit kamp Vught aan Ria: ‘Een groot verzoek: wilt U a.u.b. een ansichtkaart van Joke naar me sturen als prentbriefkaart? Niet beschrijven dan komt hij gauw door. Ik ben zoo verlangend iets van mijn schattekind te hooren.’ Ria stuurde een ansichtkaart van een foto van Joke.
Lies wist de foto tot haar bevrijding bij zich te houden. Het was haar houvast. Door het verlangen naar haar dochtertje heeft ze alle ontberingen weten te doorstaan. Ook voor Lies’ medegevangenen betekende de foto van de kleine Joke veel. Eén van hen schreef: ‘Wij allen genoten dagelijks van dat zonnige lieve kindergezichtje.’
Troost en houvast
Het handwerkje met de naam 'Joke en rood-wit-blauwe bloemen', verwijzend naar de Nederlandse vlag, maakte Lies in het ‘Agfa Kommando’. Borduren gaf troost en houvast aan de vrouwelijke gevangenen. Ze gebruikten elk beschikbaar stukje stof en trokken borduurdraadjes soms ook uit hun eigen kleding. Naalden waren schaars, werden zorgvuldig verstopt en onderling gedeeld.