Johan Hendrik Hubert Coeymans

Mijnwerker Johan Coeymans woont bij het uitbreken van de oorlog aan de Reestraat 38 te Heerlen met zijn vrouw Fokkelien (geb. de Groot). In 1942 wordt er een kindje geboren in het gezin. Coeymans raakt betrokken bij het verzet, bij de Groep Smit, in het voorjaar van 1941. Als mijnwerker in de Oranje Nassaumijn I weet hij explosieven en slaghoedjes te ontvreemden t.b.v. verzetsacties. De Groep Smit groeit gestaag, maar door onvoorzichtigheid en onervarenheid weet een verrader de groep te infiltreren, en deze staat in contact met de SD in Maastricht. De verrader H.Thelen (Nederlander maar geboren uit Duitse ouders) verraad de groep aan Hauptscharfuhrer Richard Nitsch (SD) en op 2-2-1942 worden 30 man opgepakt. Johan Coeymans wordt op 10-2-1942 gearresteerd en opgesloten in het huis van bewaring in Maastricht. Na verblijf in o.a. de SD gevangenis in Haaren, worden de verzetsmensen overgebracht naar Amsterdam waar de zaak op 16-7-1942 diende voor het Feldgericht der Wehrmacht. Er worden twee man ter dood veroordeeld en 19 man krijgen tuchthuistraffen opgelegd. Dit zal voor de meeste een lijdensweg in concentratiekampen inhouden. Johan Coeymans hoorde 15 jaar tuchthuis tegen zich eisen en beland o.a. in Natzweiler en later in Dachau. Hier maakt hij op 29-4-1945 de bevrijding mee van het kamp (Bron: Verborgen Front). Johan Coeymans krijgt na de oorlog het Natzweilerkruis toegekend. Van de 19 veroordeelden van Groep Smit overleefden 11 mensen de kampen echter niet.